Boerenkoolstamppot van kikkererwten***
(een alternatief zonder de aardappels) en eventueel mèt rookworst, dat dan weer wel 😉
(3 à 4 personen)
Benodigdheden: 500 gram verse boerenkool (aan de stronk of panklare), 3 blikjes kikkererwten (à 250 gram), 1 magere rookworst, 1 theelepel mosterd, zout en peper
Wanneer de eerste sneeuwvlokken vallen is een bord met dampende boerenkool toch het allerlekkerste! Een stamppot van kikkererwten, het is even omschakelen, maar.. het proberen waard! Heel goed te doen en zo kun je gewoon, onbezorgd genieten van deze winterkost zonder bang te zijn dat het extra kilootjes oplevert. Dat is nou net het leuke aan dit recept! En.. zelfs met een (magere) rookworst erbij, dan dat weer wel, we maken ‘m tenslotte al zonder de aardappels 😉
OK…aan de slag ermee, rits de blaadjes boerenkool van de stronk, ongeveer 500 gram overhouden of koop een zak met panklare boerenkool. Zet een pan met water op met een beetje zout en als het water kookt, gaat de boerenkool in de pan. Hierdoor zal de kook heel even van het water af gaan. Breng opnieuw aan de kook en zet dan het vuur een beetje lager. Laat de kool in ongeveer 30 minuten gaar koken met een deksel op de pan, de boerenkool moet echt lekker zacht worden. Na een kwartier leg je de magere rookworst op de boerenkool en laat deze even mee verwarmen. Giet af. Laat de kool even goed uitlekken in een zeef.
Als je de gelukkige bezitter bent van een keukenmachine dan gebruik je deze om de kikkererwten te pureren, giet wel eerst het vocht eraf. De kikkererwten met een vork heel fijn prakken en roeren kan ook. Giet het mengsel in een pan en kook al roerend de kikkererwtenpuree droger, voeg wat zout en peper toe en 1 theelepel mosterd. Goed dik laten worden, dit duurt even, misschien wel 10 minuten. Echt even de tijd hiervoor nemen dus want het mengsel mag absoluut niet te dun zijn. De dikte is pas goed wanneer je met de spatel over de bodem gaat en het mengsel niet meteen terugloopt. Schep de boerenkool bij de puree en roer deze met een houten lepel goed door. Eventueel nog wat op smaak brengen met wat peper, zout.
.. en zeg nou zelf, dit is toch een gerecht met een echte bourgondische uitstraling?